Keer op keer wordt het belang onderstreept van het hebben van (culturele) voorzieningen in een stad. Diverse auteurs zoals Richard Florida (The Rise of the Creative Class, 2002), Gerard Marlet (De aantrekkelijke stad, 2009) en Edward Glaeser (Triumph of the City, 2011) wijzen erop dat meer voorzieningen in een stad de aantrekkelijkheid ervan vergroot. De boekenkast op het Rotterdamse Stadhuis lijkt echter leeg te staan.
Bron: After the Final Curtain
Vorige maand kwam het Economic Development Board Rotterdam (EDBR) in het rapport ‘The Economics of Beauty’ met een vernietigend oordeel over het huidige gemeentelijke beleid omtrent cultuur in Rotterdam. Het bewaken en het verder uitbouwen van de culturele voorzieningen in de stad is van immens belang. Deze voorzieningen hebben, zoals het EDBR stelt “een zeer belangrijke economische functie en zijn onmisbaar in het aantrekken van nieuwe inwoners”. Na het rapport van het EDBR was het vandaag de beurt aan de Atlas voor Gemeenten; wonen in Rotterdam wordt steeds minder aantrekkelijk ten opzichte van plaatsen in de Noordvleugel van de Randstad vanwege onder andere de verschraling op het gebied van cultuur.
De grote bezuinigingen in Rotterdam raken iedereen. Met name in de culturele sector worden rake klappen uitgedeeld en dat heeft zijn weerslag in de hele stad. Musea worden gekort op hun budget of zelfs helemaal weggesaneerd. De muzieksector verdwijnt bijvoorbeeld in rap tempo uit de stad en voorzieningen zoals de skatebaan op de Westblaak worden geconfronteerd met gebrekkig onderhoud. Reden voor RTM XL om aan de alarmbel te trekken!
Volgens Edward Glaeser zijn Westerse steden getransformeerd van productiestad naar consumptiestad. Hoewel we dankzij de auto mobieler zijn geworden en niet meer dicht bij ons werk hoeven te wonen, hebben velen juist de behoefte om dicht bij voorzieningen en plekken zoals cafés, restaurants, het theater en een levendige binnenstad te willen wonen. Ook de mogelijkheid om in het park of bos te sporten en te recreëren is van groot belang. Steden zijn dan ook aantrekkelijke plekken geworden, met name voor hoogopgeleide (jonge) mensen.
Richard Florida beaamt dat aantrekkelijke steden een verzamelplek zijn van een diversiteit aan (kleinschalige) en continue beschikbare voorzieningen. Hoogopgeleide, creatieve mensen zoeken steeds vaker de stad op.
Maar wat is dan het voordeel van hoogopgeleiden in een stad? Eigenlijk vrij simpel: hoogopgeleide mensen geven doorgaans meer geld uit in bovengenoemde voorzieningen waardoor ze de werkgelegenheid bevorderen. Al die banen in dergelijke voorzieningen zijn juist geschikt voor laagopgeleide mensen. Daarnaast leidt meer inwoners in een compacte stad tot meer ontmoetingen waardoor kennis en creativiteit op straat of in de kroeg gedeeld wordt. Dit verhoogt niet alleen de arbeidsproductiviteit, maar levert ook nieuwe innovaties en nieuwe economische impulsen op waardoor bedrijven eerder geneigd zijn om zich in de desbetreffende stad te vestigen, wat de werkgelegenheid voor de hoogopgeleide bevolking weer bevordert.
In ‘De aantrekkelijke stad’ van Gerard Marlet wordt uitvoerig analyse gedaan naar de factoren die van belang zijn voor een succesvolle stad. Ook daaruit blijkt dat de aanwezigheid van voorzieningen zoals culturele instellingen maar ook parken en goed onderwijs het voor mensen aantrekkelijk maakt om in een stad te wonen. De werkgelegenheid volgt dan vanzelf.
Amsterdam scoort wat betreft voorzieningen erg hoog. Door de grote concentratie van zowel cultuur, horeca als kwalitatief goed onderwijs blijkt Amsterdam een aantrekkelijke plek te zijn. De huizenprijs ligt er dan ook erg hoog aangezien er meer vraag dan aanbod van woonruimte is. Rotterdam heeft als voordeel dat er nog genoeg ruimte in de stad is om woningen te bouwen. Een aantrekkelijke voorraad voorzieningen zou dus geen negatieve invloed uitoefenen op de huizenprijs! Een win-winsituatie dus.
De gemeente Rotterdam heeft echter te maken met een hoog aantal laagopgeleide mensen in de stad en kent een hoge werkloosheid. In tijden van recessie heeft dat zijn prijs. Er moet flink worden bezuinigd om de sociale zekerheid in stand te kunnen houden. De gemeente zet onder andere forse strepen door het cultuurbeleid. Het beleid wat de gemeente echter voert is desastreus. Het EDBR had onlangs al harde kritiek en vandaag kunnen we de resultaten uit de Atlas voor Gemeenten daar bij optellen. De positieve ontwikkeling die de stad heeft doorgemaakt en het betere imago dat in vele jaren moeizaam is opgebouwd loopt hiermee helaas weer averij op en Rotterdam heeft dan ook nog een lange weg te gaan om die aantrekkelijke en duurzame stad te worden die zo ontzettend veel Rotterdammers graag willen zien en waar ze deel van willen uitmaken! “It’s easier to break it than build it correct…”.
De aantrekkelijkheid van de stad wordt voor hoger opgeleide mensen op de proef gesteld. Juist voor de generatie die nu aan het studeren is in de stad moet een aantrekkelijk woonmilieu worden geboden zodat ze na hun studie in de stad willen blijven wonen. De voordelen hiervan zijn al genoemd, meer hoogopgeleide mensen betekent meer bestedingen en meer draagvlak voor voorzieningen, wat direct resulteert in meer werkgelegenheid voor lager opgeleide mensen!
Stefan Klingens.
Stefan Klingens woont in Rotterdam en studeert momenteel Sociale Geografie aan de Universiteit van Amsterdam.
4 gedachten over “Alarm!”
Ook ‘Alarm’ m.b.t. de ateliersituatie in Rotterdam.
Talloze kunstenaars dreigen nl. hun atelier te verliezen Ateliercomplexen staan op de nominatie (sloop of herontwikkeling), omdat de gemeente deze panden nodig heeft (geld nodig en bezuinigingen !) of er een andere bestemming aan wil geven. Het lijkt een beetje een cliché maar als de stad haar aantrekkelijkheid en vooral aantrekkingskracht verliest voor de culturele en creatieve sector, waaronder ook de ‘makers’ zelf, dan heeft de stad een probleem. Nog meer verhuizingen naar Berlijn. De SKAR heeft een overzicht.
Hoi Stefan,
Helder verhaal. De situatie die jij schetst van Rotterdam is echter al een aantal jaar bekend. Ik ben daarom benieuwd wat jij denkt dat Rotterdam moet doen om toch het culturele voorzieningenniveau te versterken. Want geld is nu even niet meer het heilzame middel. Dat is het wat mij betreft ook nooit geweest.
Ikzelf denk dat het ‘m zit in de wilskracht en ondernemerschap van de stad. Iets wat Rotterdam van oorsprong bezit (niet lullen maar poetsen). Ik zie het daarom niet zo heel somber in, zolang de mouwen maar opgestroopt blijven.
Rudy, ik ben het volkomen eens dat Rotterdammers wilskracht en ondernemerschap in zich hebben. De gemeente moet dat dan ook ondersteunen en niet in de weg gaan zitten. Ik denk dat daar nog een hoop mee te verdienen valt. Daarnaast kun je het geld wat er wel is anders verdelen. Miljoenen uitgeven aan stadsinitiatieven terwijl er aan de andere kant van de streep succesvolle voorzieningen worden benadeeld vind ik in deze tijd een grote misser.
Zo wordt het culturele aanbod inderdaad van alle kanten gepakt hier in Rotterdam. En het erge is, dit is uiteindelijk allemaal duurkoop als je hier mee de creatieve sector en een deel van de hoger opgeleiden de stad uit jaagt. Het levert op de korte termijn geld op, maar op de iets langere termijn is het zeer slecht voor de economie van de stad en zakken we verder weg dan ooit…